De eigenaar van een stolpboerderij in Zuidoostbeemster hoeft geen verdieping weg te slopen die volgens de gemeente illegaal is gebouwd. Maar er mogen geen medewerkers van zijn paardenhouderij wonen. Dat is de uitkomst van een rechtszaak die de eigenaar aanspande tegen de gemeente Beemster, zo meldt het Noordhollands Dagblad.

De gemeente Beemster wilde dat de eigenaar van de boerderij een ‘illegaal’ gebouwde verdieping uit het pand zou verwijderen, omdat deze volgens haar de monumentale status zou aantasten. Tevens meende de gemeente dat er in de boerderij, waar een paardenstal is ondergebracht, mensen sliepen, wat in strijd is met het bestemmingsplan. Tot slot is men het niet eens met de aanwezigheid van een kantine in het pand.

De rechter oordeelde dat de gemeente niet voldoende duidelijk kon maken dat de bijgebouwde verdieping de monumentale status van de stolpboerderij zou aantasten. Daardoor luidde het oordeel dat deze dan ook niet verwijderd hoeft te worden.

Hoewel de eigenaar van de boerderij het bestreed, achtte de rechter het wel aannemelijk dat er soms mensen in het pand wonen. Er lag immers huisraad op een van de verdiepingen en een van de medewerkers heeft zelf tegen een controleur van de gemeente verteld dat hij er woonde. In deze eist de rechter dat de huisraad door de eigenaar van het pand wordt verwijderd, omdat er anders een dwangsom wordt opgelegd. Men mag nu eenmaal volgens het bestemmingsplan niet wonen in het pand. Wel mag er tijdelijk overnacht worden, bijvoorbeeld als de aanwezigheid van een ziek of drachtig paard dit noodzakelijk maakt.

De kantine mag daarentegen wel blijven. Deze kan, zo oordeelde de rechtbank, in dienst van de paardenhouderij gebruikt worden en is in die hoedanigheid toegestaan.