Lobberig Zeeman is met haar 101 jaar een ervaringsdeskundige op het gebied van de avondklok. Als het kabinet besluit om een avondklok in te voeren, dan wordt het de derde keer dat mevrouw Zeeman deze maatregel meemaakt. Zowel tijdens de Tweede Wereldoorlog en vanwege rellende jeugd op het eiland Marken.

Lobberig Zeeman woont al een paar jaar niet meer op Marken, maar in een verzorgingshuis in Volendam. Ze kan zich nog goed herinneren hoe het vroeger op Marken was met de avondklok.

“Maar, waar kon je heen? Er was bijvoorbeeld geen bioscoop”, laat ze weten. Ze herinnert zich nog dat de ramen in opdracht van de Duitsers verduisterd moesten worden. En in de avonduren hield ze zich bij een petroleumlampje bezig met verstelwerk aan haar klederdracht.

Ook vertelt ze dat ze soms ging werken in Monnickendam. Ze paste dan op de kinderen van een ander gezin en bleef daar dan ook slapen. Ze vertelt dat ze niet veel nare herinneringen heeft aan de oorlog, mede omdat de Duitsers de mensen op het eiland volgens haar goed hebben behandeld.

Tweede avondklok

Zeven jaar na de bevrijding, in 1952, ontstond er onrust op Marken. Baldadige jeugd gooide stenen door ramen in het dorp en dat zorgt voor veel onrust. Er kwam een avondklok voor jongeren tot 18 jaar. Mevrouw Lobberig Zeeman is dan 30 jaar oud en net bevallen van haar zoon. “Ik ging toen niet graag naar buiten want er waren altijd ondeugende jongens”, vertelt ze aan NH Nieuws. Volgens haar hield niet iedereen zich aan de regels. De relschoppers maakten het zo bont dat de burgemeester de avondklok twee jaar liet voortduren.

Weer binnenblijven

Mocht er nu weer een avondklok komen, dan zal dat de derde keer zijn voor mevrouw Lobberig-Zeeman. Maar daar zit ze niet mee. “Dat kan me niets schelen! Ik ga toch nergens heen”. Zelf raakte ze vorig jaar maart besmet met het coronavirus. Ze is er even ziek van geweest, maar had er niet veel last van. “Ik heb een sterk gestel”, besluit ze lachend.

Bron: NH Nieuws

Lobberig Zeeman / ©NH Nieuws