Het nieuwe kabinet moet een niet eerder vertoonde investering in de woningbouw uittrekken: 1,5 à 2 miljard euro per jaar voor de bouw van zo’n 600.000 woningen in de grotere steden in de periode tot 2040. Het bedrag staat los van de bijkomende kosten van de aanleg van openbaar vervoer rond nieuwe wijken. Dit omdat verschillende bouwprojecten anders niet van de grond komen en de huidige ‘wooncrisis’ zal blijven bestaan.

Zo luidt vandaag de dringende oproep van onder andere de Provincie en zestien grote steden aan de vier partijen die over een nieuw regeerakkoord aan het onderhandelen zijn. In de provincie doen Amsterdam, Zaanstad en Haarlem mee aan het voorstel, het ‘position paper’, en de oproep aan de formerende partijen.

Samen met andere grote gemeenten uit het land, provincies en stadsvervoerders wordt de oproep onderschreven.

‘Historisch hoog woningtekort’

Tot nu toe kwam er eerder wel een bedrag van 100 miljoen euro per jaar vrij. Naar schatting zullen er landelijk in totaal 900.00 tot 1 miljoen huizen bij moeten komen in een periode van twintig jaar. In een brief aan de Tweede Kamer liet D66-minister Ollongren van Wonen weten dat er al langer sprake is van een ‘historisch hoog woningtekort’ en dat er extra financiering nodig is.

“Niet alle woningen zullen we in onze steden kunnen bouwen, maar tot 2030 zal vooralsnog wel 65 procent van de te bouwen woningen binnen de bestaande steden worden gebouwd. Alleen al in de veertien grootschalige, stedelijke woningbouwlocaties kunnen tot 2040 circa 440.000 woningen worden gebouwd, waarvan circa 210.000 in de periode tot 2030”, laten de gemeenten, provincies en stadsvervoerders weten.

Bron: NH Nieuws – Daphne Adrichem